Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Misschien zal de HEERE mijn [31]ellende aanzien; en de HEERE zal mij goed vergelden voor zijn [32]vloek, te dezen dage. 31. Anders, mijn oog; dat is, mijn tranen. 32. Dat is, waarmede Simei mij op dezen dag vloekt; of, God zal mij misschien, zelfs ook op dezen dag, wat goeds bescheren voor dezen vloek.